Eerder dit jaar schreef Willem Schinkel een essay over waarom hij het protest tegen de recente ontwikkelingen in de publieke financiering van het hoger onderwijs in Nederland niet steunt. Hij geeft nu antwoord op zijn critici.
‘Mijn brief aan WOinActie heeft, naast herkenning en inhoudelijke bijval, veel boze reacties en inhoudelijke kritiek opgeleverd. Dat wijt ik aan mijzelf. Ik heb, met de stijl die ik in de brief koos, het belang van het affectieve moment van het organiseren onderschat. Ik ging er te veel vanuit dat de brief, in het licht van mijn jarenlange participatie in discussies en strijd over de universiteit, als een productieve irritatie zou worden opgevat, maar dat is niet het geval en ik zie achteraf ook wel waarom. Het was beter geweest als ik verslag had gedaan van mijn ervaringen uit en met De Jonge Akademie, de politiek, Science in Transition, VSNU en de bezetting van het Maagdenhuis en De Nieuwe Universiteit. Ook had ik beter de bestuurders die met WOinActie meedoen kunnen aanspreken op wat hun steun nog meer van ze vergt. De brief die ik schreef kwam voort uit een combinatie van liefde voor de universiteit en irritatie bij de achteruitgang die er lijkt te zijn in de strijd erom. Ten opzichte van zowel De Nieuwe Universiteit als Science in Transition is WOinActie achteruitgang, want een onnodige, zij het als ‘strategisch’ gepresenteerde vernauwing tot budgeteisen. Maar schrijven uit irritatie is geen goede manier om productieve irritatie teweeg te brengen.’
Lees de volledige post hier.